Op afvalligheid de doodstraf, zelfs Abraham Kuyper zou er van schrikken

Door Carel Brendel, 23 februari 2012

Met aanvulling: Sjeik Haitham al-Haddad spreekt op Nationaal Islamcongres

Brandende vraag. Waarom nodigden ‘moderne’, hoog opgeleide studenten van een Nederlandse universiteit een Middeleeuws overkomende man als sjeik Haitham al-Haddad uit? Antwoord: ze zijn het helemaal met hem eens. Ook een van zijn studenten vindt de doodstraf voor geloofsafval theologisch verdedigbaar. Je schrikt ervan. In dit geval ben ik niet voor verbieden van dergelijke meningen. Wel voor het krachtig weerspreken ervan.

Als een ware polderimam nam sjeik Haitham al-Haddad afscheid van Nederland. Met op de achtergrond een molen en een oer-Hollands weiland sprak hij een boodschap in voor het Nederlandse volk en de media. Hij raadt ons aan om de Koran goed te lezen en niet tegen de wens van de Schepper in te gaan. Wie zich niet aan hem onderwerpt, zal voor eeuwig in de hel branden.

Deze waarschuwing wijkt in principe niet af van de hel en verdoemenis, die reformatorische predikanten vanaf hun kansels in onze bible belt in het vooruitzicht stellen voor de ongelovigen. Toch is het te simpel om al-Haddad neer te zetten als een grappige islamitische variant van de refo-dominee. De Britse sjeik vindt namelijk dat sommige zaken niet kunnen wachten tot het hiernamaals, en hier op aarde al bestraffing met de dood verdienen. Tijdens het veelbesproken Baliedebat noemde hij twee vormen van ongehoorzaamheid aan God: geloofsafval en overspel. Het gaat om twee ‘vergrijpen’ die nota bene niet eens in ons Wetboek van Strafrecht voorkomen; privé-kwesties waar geen Westerse wetgever zich nog mee bemoeit.

Al-Haddad vindt overigens wel dat de doodstraf alleen mag worden uitgesproken door een bevoegde rechtbank in een islamitisch geregeerd land. Eigenrichting vindt hij verkeerd. Van een rechtstreekse oproep tot geweld was absoluut geen sprake. Daarom vond ik het ook merkwaardig dat Ehsan Jami direct na afloop naar het politiebureau ging om aangifte te doen tegen de sjeik. Volgens Jami hing er in De Balie ‘een dreigende sfeer’ en werd hij in het Arabisch voor ‘afvallige’ uitgemaakt. Los van één schreeuwende en verwarde vrouw heb ik vrijdagavond van dreiging niets gemerkt. In de hard voor de sjeik klappende studenten kan ik onmogelijk een rechtstreekse bedreiging zien. De sfeer was totaal anders dan in december, toen een extremistische knokploeg van Shariah4Belgium De Balie binnenviel en een discussie verstoorde. Bij die gelegenheid riep een knokploeglid ‘ik breek je nek’ tegen islamhervormster Irshad Manji.

Dat neemt niet weg dat Haitham al-Haddad een bedenkelijke figuur is, vanwege zijn opvattingen over de doodstraf en zijn antisemitische preken. Volkskrant-columniste Nausicaa Marbe, blogger Jan Dirk Snel en ondergetekende stelden eerder al vragen over het optreden van de Islamitische Studentenvereniging Amsterdam (ISA), die de sjeik oorspronkelijk naar de Vrije Universiteit wilde halen. Vraagtekens zet nu ook Ad Valvas, de krant van de Vrije Universiteit. “De brandende vraag blijft: wat moet een club VU-studenten, wetenschappers in de dop, behorend tot de intellectuele elite van de multiculturele, open democratie die Nederland is, met een virulent antisemitische godsdienstleraar, die ook al pittige standpunten inneemt als het gaat om afvalligheid (doodstraf) en overspel (doodstraf) als Shaykh Haitham al-Haddad?” De betrokken studentenclub kwam tot dusver niet verder dan het herhalen van allerlei onjuiste beweringen in een interview met het Parool en in een opiniestuk in NRC Handelsblad.

Ik vrees dat het antwoord als volgt luidt: De VU-studenten nodigden al-Haddad uit omdat ze hem als een religieuze autoriteit beschouwen met wie ze het op belangrijke punten eens zijn. Dat geldt in elk geval voor Abdoellah Ghzili, die een masteropleiding geestelijk verzorger heeft afgerond, en volgens de regionale GPD-dagbladen aanwezig was op het ISA-symposium. Ghzili kwam afgelopen zaterdag uitgebreid aan het woord in een groot interview met het Nederlands Dagblad (ND). Deze krant vraagt 95 eurocent voor het bekijken van dit artikel. Wees niet krenterig. Het geld is welbesteed.

‘Op afvalligheid de doodstraf’ kopt het ND boven het door Reina Wiskerke afgenomen vraaggesprek. Hier volgen nog enkele citaten. Ghzili: “Of christenen openbare erediensten in een moslimland mogen houden, daarover is binnen de klassieke islam verschil van mening. Maar alle moslims zijn het erover eens dat geloofsafval niet te tolereren is. Een christen mag wel moslim worden, maar een moslim geen christen. Christenen mogen zeker niet evangeliseren – daar zijn moslims het in het geval over eens.”

“Een moslim heeft als het ware een pact – of ja, het Hebreeuwse woord verbond is misschien beter – gesloten met God. Moslims belijden dat er geen god is dan Allah, die waardig is om aanbeden te worden. Zodra je daar afstand van neemt, heb je het verbond verbroken. Je pleegt een soort verraad, waarop de doodstraf staat.”

Ghzili nuanceert zijn uitspraken door er op te wijzen dat in veel islamitische landen het westerse rechtssysteem naast de islamitische sharia functioneert. In de praktijk zijn er maar weinig afvalligen ter dood veroordeeld, aldus de student. Maar als vergelding voor afvalligheid vindt Ghzili de doodstraf wel degelijk ‘theologisch verdedigbaar’.

Hoe vindt Ghzili het dat volgens de klassieke leer van de islam op afvalligheid de doodstraf staat?, vraagt Wiskerke. Antwoord: “Zoals de Koran en soenna, de profetische traditie, daar invulling aan geven, vind ik theologisch verdedigbaar. Dit is gemeengoed van honderden jaren islamitische wet- en regelgeving. Dat is mijn beleving. Alle moslims zouden op basis hiervan het daarmee eens moeten zijn. Maar net als bij christenen heb je onder moslims orthodoxen – als je ze zo wilt noemen – en vrijzinnigen of liberalen. Moslims verschillen hierover van mening.”

Het interview gaat dan verder. “Hoe wordt godsdienstvrijheid in een voor hem ideaal land geregeld? Ghzili wil dat best schetsen, indien duidelijk blijft dat hij dan denkt aan een moslimland als Marokko, en níet aan Nederland. De vraag of hij islamitische wetgeving in Nederland wil invoeren, staat volgens hem zo ver van de werkelijkheid af, dat hij niet over die optie nadenkt. ‘Ik ben van mening dat wanneer moslims in een moslimland het voor het kiezen hebben, zij de idealen van hun geloof, zoals verwoord in de Koran en de soenna, toepassen in de samenleving, ook via het recht en de politiek. Maar alleen de overheid mag geweld gebruiken. Als iemand het recht in eigen hand neemt en een afvallige vermoordt, moet hij of zij daarvoor volgens islamitisch recht bestraft worden. Moord op een niet-moslim, of die nou afvallig is of niet, wordt in het islamitische recht niet beloond, maar wel minder zwaar bestraft dan moord op een moslim. Een christen geniet in een ideale islamitische samenleving bescherming. Wie een christen vermoordt zal daarom een zware straf krijgen, maar niet de doodstraf. Er zijn maar een paar misdaden die bestraft worden met de doodstraf: moord, overspel – als je getrouwd bent (geweest) – , oorlogshandelingen en spionage. Als je als christen de islam beledigt in een islamitisch land wordt het beschouwd als een oorlogshandeling.’ ”

Ik sluit mijn weergave van het ND-interview af met een lang citaat om te laten zien hoe deze VU-student aankijkt tegen de vrijheid van meningsuiting, die hij in ons land maximaal wil benutten, terwijl het beperken ervan in islamitische landen de normaalste zaak van de wereld vindt: “Veel moslims in Nederland laten uit vrees voor de gevolgen niet het achterste van hun tong zien, stelt Ghzili. ‘Of ze geven een tolerante versie van de islam, terwijl ze er in hun hart anders over denken. Ik zie dat ook om mij heen gebeuren. Vaak kan ik ze geen ongelijk geven. Moslims worden er ondanks alle tolerantie in Nederland meteen op veroordeeld. Dat heeft vaak een groot effect op iemands leven.’ Hij merkt op dat er in Nederland wel ruimte is voor orthodox-christelijke, bevindelijke en streng-gereformeerde opvattingen, naast de meer liberale christelijke stromingen. ‘Zelfs voor het actief streven naar Bijbelse politiek. Maar als moslims opkomen voor authentieke idealen van de Koran en een islamitische cultuur in de persoonlijke sfeer, wordt dat als radicaal en ongewenst neergezet: het moet gecensureerd worden met alle mogelijke middelen.’

Zelf kiest Ghzili ervoor zijn recht op vrije meningsuiting en uitoefening van zijn geloof ten volle te benutten. Dat hij gebruik maakt van rechten en vrijheden die hij zelf niet zou geven aan christenen (en andere niet-moslims), vindt hij verdedigbaar. ‘Noem het hypocriet of niet. Je probeert je idealen na te streven, maar soms gaat dat niet. Soms zijn er mogelijkheden die misschien niet helemaal correct zijn, maar die je toch met beide handen aangrijpt.’

Christenen in Nederland horen van heftige vervolging van geloofsgenoten in moslimlanden. Kan hij zich voorstellen dat ze zich gaan afvragen of moslims in Nederland wel zo veel ruimte moeten krijgen? ‘Ik zou het niet sterk vinden van christenen als ze de vrijheid van godsdienst belijden, maar die vrijheid beperken op het moment dat hun eigen broeders en zusters die vrijheid niet krijgen in moslimlanden. Het zou hypocriet zijn.’ ”

Tot zover het Nederlands Dagblad. Nogmaals, al-Haddad en zijn ijverige leerling Ghzili zijn voorstanders van de doodstraf voor iets wat de allernormaalste zaak is in ons land: het verlaten van de eigen geloofsgemeenschap en het bekritiseren van een religie. Andere vaststelling. Net zo min als al-Haddad in De Balie roept Ghzili in het ND op tot geweld of eigenrichting. Het is een flinke troost dat veel moslims in mijn Twitter-tijdlijn weinig op hebben met de sjeik. Maar we moeten ook vaststellen dat al-Haddad gewoon put uit de Koran en uit de overleveringen van de profeet Mohammed. En we zien nu dat zijn opvattingen, die lijnrecht ingaan tegenover onze democratische waarden en vrijheden, vaste voet aan de grond hebben gekregen aan een Nederlandse universiteit. Sinds 1581 worden hier geen mensen meer terdoodveroordeeld voor het kiezen van een andere levensovertuiging. En toch halen universitaire toppers iemand binnen die de klok eeuwen wil terugzetten. VU-oprichter Abraham Kuyper zou zich rotschrikken.

Wat doe je er aan? PVV-Kamerlid Hero Brinkman en zijn voormalige fractiemedewerker Jami pleiten vandaag in NRC Next voor het inperken van de vrijheid van godsdienst om de vrijheid van meningsuiting te redden. “Wij kunnen de man (al-Haddad, CB) uitlachen om zijn bezopen uitspraken, maar er zijn mensen die naar hem luisteren en hem volgen en dat maakt hem gevaarlijk. Je kunt iemand die een doodstraf uitspreekt over Van Gogh uitlachen, maar er loopt altijd wel een Mohammed B. rond die het vonnis van Allah uitvoert.” Hun conclusie: “Nederland moet pal staan voor het vrije woord.” Pal staan door het bij de eerste de beste bedreiging in te perken?

Het Kamerlid en de student zouden een punt hebben, als de sjeik en zijn leerlingen daadwerkelijk tot moord en geweld hadden opgeroepen. Dan was er werk aan de winkel geweest voor de officier van justitie. Maar die oproepen hebben ze juist niet gedaan. Ook van verwensingen is geen sprake. Het optreden van al-Haddad ging veel minder ver bijvoorbeeld dan dat van sjeik Fawaz Jneid in de maanden voor de moord op Theo van Gogh. Al-Haddad en Ghzili vertellen op een rustige en weloverwogen wijze wat er volgens hen in een islamitisch land zou moeten gebeuren. Dat is inderdaad bedenkelijk en verontrustend, maar geen reden om gelijk maar de vrijheid van godsdienst in te perken. Met Jami’s klacht tegen de sjeik zal het net zo aflopen als destijds met de klachten tegen de homofobe imam Khalid el-Moumni. Seponering of vrijspraak.

Verbieden helpt hier niet. Ik pleit al veel langer voor signaleren en krachtig weerspreken.

Aanvulling: (25 februari): Sjeik Haitham al-Haddad hoeft niet bang te zijn dat hij geen podium krijgt in Nederland. Op 8 april zal hij een van de belangrijkste sprekers zijn op het door islaminstituut Dar-al-‘Ilm georganiseerde Nationaal Islamcongres.