Premier duwt koningin in de rol van de kortzichtige toerist

Door Carel Brendel, 14 januari 2012

“Er is algemene eensgezindheid, waardoor de monarchie geen strijdpunt is.” Dat zei monarchiewatcher Harry van Wijnen, toen ik hem in 2005 sprak voor een AD-artikel over de monarchie. Koningin Beatrix had volgens hem de regie strak in handen. “Zij houdt de monarchie in stand door conflicten te voorkomen en aanstoot te vermijden,” aldus de oud-journalist van het Parool en NRC Handelsblad. Dat was in de vorige eeuw wel eens anders geweest onder het koningschap van haar moeder, dat werd opgeschrikt door de Greet Hofmans-hofcrisis in de jaren 50 en de Lockheed-affaire in de jaren 70.

Conflicten vermijden en geen aanstoot geven betekent in de praktijk van de constitutionele monarchie: afzijdig blijven van politiek gevoelige onderwerpen. Dat credo beperkt de uitspraken en activiteiten van de leden van de koninklijke familie tot zaken, waarover een brede maatschappelijke overeenstemming bestaat. Het Rode Kruis, de padvinderij, natuurbehoud, cultuur, — om een kleine greep te doen uit de talloze bezigheden van de Oranjes.

Vooral de prins-gemaal heeft altijd moeite gehad om een bevredigende uitlaatklep te vinden buiten het strakke keurslijf van de monarchie. Prins Bernhard vond zijn draai als inspecteur-generaal van de strijdkrachten, maar juist daar begaf hij zich op glad ijs door ‘lichtvaardige’ contacten met Amerikaanse vliegtuigfabrikanten. Premier Joop den Uyl strafte hem door deze functie en de bijbehorende uniformen af te pakken. Prins Claus wilde zich nuttig maken op het gebied van de ontwikkelingssamenwerking, maar de naar hem genoemde commissie belandde al snel in politiek vaarwater. Claus moest een stapje achteruit doen en keerde terug in de voor hem deprimerende rol als aanhangsel van de majesteit.

Dankzij Beatrix en haar kinderen vond de monarchie nieuwe en eigentijdse werkgebieden: watermanagement, microkredieten en alfabetisering. Het koningshuis manifesteerde zich onder haar leiding in een andere nieuwe sector: de multiculturele samenleving. Aanvankelijk een risicoloze keuze, want over dit onderwerp bestond — zo dacht men — een vrijwel algemene consensus. De folklore op Koninginnedagen kreeg een kleurrijk tintje. Schoondochter en modelallochtoon Máxima stortte zich op de emancipatie van allochtone vrouwen. De Kersttoespraken van Beatrix stonden vanaf haar troonsbestijging in het teken van ‘respect’, ‘tolerantie’ en ‘verdraagzaamheid’. HP/De Tijd vatte alles op 22 april 2005 samen in de coverstory met de titel Het multiculti koningshuis.

Die titel nam ik onbewust over in een hoofdstuk van Het verraad van links. Daarin beschreef ik de veranderde opstelling van de linkse partijen, die in een ver verleden voor afschaffing van de monarchie stonden. Het republikanisme was nagenoeg dood na afloop van de Tweede Wereldoorlog, maar beleefde een nieuwe bloei tussen 1960 en 1980. De inhuldiging van Beatrix stond nog in het teken van heftige krakersrellen, waarbij de Volkskrant opviel door ‘opruiende en vergoelijkende verslaggeving’, zoals de krant het 25 jaar later zelf formuleerde. De kritiek verstomde echter snel door het charmeoffensief van Beatrix en Claus.

Het politieke landschap rond de monarchie is 180 graden gedraaid. De rechtse drie-eenheid God, Nederland en Oranje is niet meer vanzelfsprekend. De meest fervente Oranjeklanten zitten nu op links. Deze opening naar de voormalige provo’s en republikeinen had wel een prijs. Zeker nu de multiculturele samenleving geen risicoloos consensusonderwerp meer is, maar juist het grote en gevoelige thema, waarover de Nederlandse samenleving tot op het bot verdeeld is. Het gevolg is dat de uitspraken van Beatrix en haar familie onder het vergrootglas liggen. Als prinses Máxima verkondigt dat ‘de Nederlander’ niet bestaat, barsten de discussies los.

De onvrede groeide al lang vóór de politieke opkomst van Geert Wilders. Critici gingen zich ergeren aan de mooie woorden in de Kersttoespraak, die hun ogen steeds meer hol, zalvend en verdoezelend klonken. De kille reactie van de koningin op de moord op Pim Fortuyn leidde tot hoorbaar gemor in het land. Dat werd nog luider na de moord op Theo van Gogh, toen de majesteit weinig oog had voor de getroffen familie en demonstratief een Marokkaans jongerencentrum bezocht. Wilders borduurt met zijn anti-Beatrix-tweets voort op dit onbehagen.

De Oranjes profileerden zich op nog een ander terrein, waarover van hogerhand eensgezindheid was afgekondigd: de Europese eenwording. Maar ook hier liep de majesteit met haar pro-Europese toespraken en initiatieven ver voor de links- en rechts-populistische troepen uit. Met Europa en het multiculturalisme bedrijft de koningin vooral de hobby’s van de NRC-lezer. In dit verband kwam ik een frappante lofprijzing van Ed van Thijn tegen in Vrij Nederland (25 april 2009): “Ik heb haar leren kennen als een slijpsteen voor de geest.”

Het ‘gedoe om niks’ rond de vooral door economische belangen ingegeven koninklijke trip naar de Verenigde Arabische Emiraten en Oman komt dus niet uit de lucht vallen. Met twee geplande bezoeken aan een moskee stond Beatrix voor een mission impossible. Je kunt je natuurlijk afvragen of de Oranjevrouwen zichzelf zo uitbundig moesten inpakken in abayastyle. Maar goed, met een hoofddoek op voldeden de koningin en de prinses wel aan elementaire beleefdheidsregels. Het antwoord van premier Rutte op de onvermijdelijke Kamervragen van Wilders was dan ook kort, krachtig en afdoende: “Bij een bezoek van H.M. de Koningin aan een godshuis worden de daarbij behorende kledingvoorschriften gerespecteerd.”

Hadden de koningin en de minister-president het hierbij maar gelaten. Tijdens het persgesprek aan het slot van het staatsbezoek liet de majesteit zich echter provoceren tot politieke uitspraken. Het is volgens haar onzin dat de hoofddoek een symbool is van onderdrukking. In de twee bezochte landen zou bovendien geen sprake zijn van de achterstelling van vrouwen. Het duurde niet lang of de eerste aanwijzingen van het tegendeel kwamen langs. Bijvoorbeeld een rapport van Amnesty International over het schenden van vrouwenrechten in Oman. ‘Meisjes en vrouwen hebben nog steeds te maken met discriminatie in de wetgeving, in het bijzonder in de familiewetgeving, en in de dagelijkse praktijk,” schrijft de mensenrechtenorganisatie over de toestand in 2010. Oman en de Verenigde Arabische Emiraten komen ook voor op een ranglijst van landen, waar christenen worden vervolgd en achtergesteld; weliswaar niet in de rode zone van topvervolgers als Noord-Korea en Saoedi-Arabië, maar wel op de 27ste en 37ste plaats. In De Pers schreef Kustaw Bessems een column over de reëel bestaande achterstelling van vrouwen in Abu Dhabi, de hoofdstad van de Emiraten. “Zelfs als zij met haar hoofddoek op ‘eerbied wilde tonen voor de religie van het gastland’, of erop wilde wijzen dat een hoofddoek ook vrijwillig kan worden gedragen, waarom zo bagatelliserend doen over vrouwenonderdrukking?”

Dirk-Jan Nieuwboer van De Pers vatte het ongemak over de ‘happende’ majesteit als volgt samen: “Je kunt er uitvoerige debatten over voeren (over de vraag of de hoofddoek een symbool is van vrouwenonderdrukking). Sterker nog, er wordt in Nederland al een jaar of tien over gediscussieerd. Dat is precies de reden waarom Beatrix de woorden nooit had mogen uitspreken.”

In zijn wekelijkse persconferentie maakte premier Rutte het gisteren nog een graadje erger voor de koningin. Haar bewering dat vrouwen in de bezochte landen niet worden onderdrukt, was geen ‘algemene uitspraak’ maar was gebaseerd op wat de koningin had gezien en daardoor ‘per definitie juist’. Dat doet me denken aan mijn jeugd, toen Nederlandse vakantiegangers in Spanje ‘helemaal niets merkten’ van de dictatuur van generaal Franco. Nogal wiedes. De stakende mijnwerkers van Asturië en Baskenland werden nu eenmaal niet op het strand van Benidorm neergeknald door de Guardia Civil. Het is een treurig gezicht: de premier die de majesteit verdedigt door haar in de rol van de argeloze en kortzichtige toerist te duwen.