Massaproces tegen Sharia4Belgium beslist nog geen gelopen koers
Door Carel Brendel, 2 oktober 2014
Alweer bijna drie jaar geleden bezocht ik in De Balie in Amsterdam een discussieavond met de Canadese schrijfster en islamhervormster Irshad Manji. Het debat begon net een beetje op gang te komen, toen een groep van ruim twintig exotisch geklede mannen binnenkwam en zich zwijgend achterin de zaal opstelde. Het duurde niet lang of ze drongen naar voren, begonnen te schreeuwen, gooiden met eieren en riepen dreigementen als “ik breek je nek”.
Dat was mijn eerste kennismaking met de extremistische moslims van Sharia4Belgium, voor de gelegenheid omgedoopt tot Sharia4Holland vanwege de aanwezigheid van enkele Nederlanders in de Vlaamse gelederen.
Destijds ging het om een handjevol islamactivisten die de aandacht probeerden te trekken met wat antropoloog Martijn de Koning omschreef als “theatraal verzet”. Sharia4Holland stelde niet zo veel voor, al gaf het wel te denken dat de Amsterdamse politie weinig daadkracht vertoonde tegen deze politieke knokploeg. Weinig geruststellend was ook, in de loop van 2012, de komst naar Nederland van stokebrand Anjem Choudary, de Britse topman van deze internationale shariabeweging.
“Klein maar toch niet ongevaarlijk,” noemde ik deze groepering toen. Die kwalificatie geldt nog steeds, ook al is de beweging in Nederland onder invloed van de Syrische burgeroorlog ondertussen gegroeid van een handvol activisten tot enkele honderden aanhangers.
Deze week moest ik terugdenken aan de woelige avond in De Balie. In Antwerpen begon namelijk het terrorismeproces tegen 46 voormalige leden van Sharia4Belgium. Ongetwijfeld maakte een aantal van deze 46 verdachten deel zijn opwachting in Amsterdam. Hoe zou het nu met ze zijn? Zaten er maandag en dinsdag een paar in de Antwerpse verdachtenbank? Hoeveel zouden er nu strijden in de gelederen van ISIS en Jabhat al Nusrah? Hoe veel liggen er in een haastig gemaakt graf in Syrië of Irak, met vertwijfelde en rouwende familieleden in België?
Een stuk of tien van de 46 verdachten zijn zo dood als een pier, maar werden desondanks opgeroepen om naar het gerechtsgebouw in Antwerpen te komen. De Belgische justitie neemt het zekere voor het onzekere, om te voorkomen dat verdachten aan vervolging ontkomen door hun dood voor te wenden. Zo’n 25 andere verdachten zijn in 2012 en 2013 naar Syrië vertrokken, en hadden geen trek om voor dit akkefietje even in Antwerpen langs te komen.
Negen verdachten verschenen wel, een enkeling met hersenletsel of amputaties als gevolg van het oorlogsgeweld. De anderhalf jaar geleden opgepakte thuisblijfleider Fouad Belkacem (alias Abu Imran) was er ook, althans de eerste dag. Het openbaar ministerie eiste de maximale straf van vijftien jaar tegen hem en enkele (voor een deel gesneuvelde) naar Syrië vertrokken leiders. Voor de volgers en meelopers ligt een celstraf tussen de vijf en tien jaar in het verschiet. De laagste eis, vier jaar, was tegen Jejoen Bontinck, die na zijn terugkeer uit Syrië uitgebreide verklaringen heeft afgelegd over de andere groepsleden.
De Vlaamse krant Het Laatste Nieuws hield op beide procesdagen een liveblog bij. De Gazet van Antwerpen publiceerde een lijst met bijna alle verdachten met volledige naam, leeftijd, alias, biografische details en wat de openbare aanklager over hun activiteiten te vertellen had. Het is een lange opsomming van Abu’s met een enkele Oum: Nora Verhoeven alias Oum Khatab, die haar vriend naar Aleppo volgde. Hij werd voor haar ogen doodgeschoten, maar Nora bleef in Syrië en zou naar verluidt gereed staan om daar een zelfmoordaanslag uit te voeren.
Tijdens die eerste twee dagen hadden de aanklagers min of meer het alleenvertoningsrecht. De verdachten en hun verdedigers komen pas aan de beurt vanaf 8 oktober.
Twee bekende buitenlandse namen vielen tijdens het requisitoir. Geen verrassing in het betoog van mr. Ann Fransen was dat Choudary vanaf de oprichting in 2010 advies gaf aan Sharia4Belgium. Op de tweede dag viel een nog grotere naam: sjeik Omar Bakri Muhammad, die aan de wieg stond van de Britse extremistische groepering Al-Muhajiroun. Na de Londense bomaanslagen van 2005 nam Omar Bakri ijlings de wijk nam naar Libanon en liet de Engelse agitprop over aan Choudary. De funeste rol van het jihadistische duo werd in december 2013 nog eens belicht in een rapport van Hope Not Hate, een Britse beweging voor de bestrijding van diverse soorten extremisme.
In Libanon kreeg Omar Bakri, volgens het verslag van Het Laatste Nieuws, in januari 2012 bezoek van twee Sharia4Belgium leden: de 23-jarige Nabil Kasmi en de 19-jarige Brahim Baghouri. Het tweetal was volgens de aanklacht verantwoordelijk voor de internationale contacten. Vanuit Libanon reisden Kasmi en Baghouri door naar Jemen om met Al Qaida in contact te komen. In augustus 2012 reisden Kasmi en Baghouri naar Syrië, zo’n beetje als eerste “patatjihadis” en enkele maanden voordat vanuit Nederland de “polderjihad” op gang kwam.
Volgens de aanklacht kreeg Kasmi enkele maanden les van Omar Bakri Muhammad. Bontinck zou hebben verklaard dat Kasmi het nummer van de sjeik in zijn gsm had en hem kon raadplegen wanneer hij wilde, zelfs over op het oog onbenullige kwesties.
Het lijstje van de Gazet van Antwerpen laat zien dat het openbaar ministerie de aanklachten voor een deel ophangt aan de verklaringen, die “kroongetuige” Bontinck na zijn terugkeer in België aflegde. Tegenover de onderzoekers pakte Bontinck vooral uit over medestrijders, die hem maanden lang zouden hebben opgesloten in de buurt van Aleppo.
Bontinck hing in interviews kort voor zijn arrestatie totaal andere verhalen over zijn verblijf op. Hij is duidelijk de achilleshiel van het openbaar ministerie. De papieren Volkskrant van afgelopen maandag (29 september) zette grote vraagtekens bij de dubbelrol van Bontinck als verdachte en kroongetuige. De krant zette hem neer als lichtzinnige en rokkenjagende losbol, grossierend in tegenstrijdige verhalen.
Van de Volkskrant moet de familie het toch al niet hebben, want volgens de krant van 20 september zou vader Dimitri Bontinck — die nogal eens de publiciteit haalt als beoogd terugbrenger van weggelopen jihadkinderen — bitter weinig klaarspelen tijdens zijn betaalde reddingsacties.
Merkwaardig is ook dat Bontinck junior, volgens het zeer goed ingevoerde Het Laatste Nieuws, op Facebook contact blijft onderhouden met Syrië-vechters.
De verklaringen van Bontinck zijn niet het enige bewijsmateriaal waaraan het terrorismeproces is opgehangen. Er zijn ook andere getuigen, telefoontaps en materiaal dat de verdachten zelf hebben verspreid via sociale media.
Maar het Sharia4Belgium proces is beslist geen gelopen koers. Pas bij de uitspraak zullen we weten hoeveel waarde de Antwerpse rechters hechten aan de getuigenissen van Jejoen Bontinck.