Het jihadisme van prediker Abou Hafs blijkt achteraf niet zo duurzaam

Door Carel Brendel, 18 april 2015

Abou Hafs (rechts) houdt een geel bord op tijdens de toespraak van Oussama C. Links wappert een islamitische vlag, die door ISIS wordt gebruikt.

Abou Hafs (rechts) houdt een geel bord op tijdens de toespraak van Oussama C. Links wappert een islamitische vlag, die door ISIS wordt gebruikt.

Tijdens de afgelopen pro forma behandeling van de Haagse jihadzaak vroeg mr. Hendrik Sytema, de raadsman van Rudolph H., zich af waarom zijn cliënt gevangen zit.

Volgens het Twitter-verslag van Elsevier-journaliste Nikki Sterkenburg zei Sytema: “In hoeverre verschilt Rudolph H. van @abouhafs52, die voor Marokkaanse ambassade sprak bij demonstratie? En wiens nasheed het OM als terroristisch ziet? Abou Hafs mag spreken bij een moskee, terwijl mijn cliënt vastzit.”

De wereld is onrechtvaardig. Terwijl Rudolph zucht in de kerkers van de terroristen-afdeling (TA), maakt Fouad el Bouch (de echte naam van Abou Hafs) furore als spreker over spiritualiteit, identiteit en duurzaam islamitisch activisme.

Toch was Sytema’s vergelijking niet helemaal fair. Als “Abu Suhayb” schreef H. een bijna wekelijkse column voor De Ware Religie, het virtuele clubhuis van het Nederlandse jihadisme. Mede dankzij deze opruiende stukjes radicaliseerden zo’n 200 jongeren zichzelf en ondernamen de reis naar jihadland Syrië.

El Bouch beperkte zich tot een eenmalige gastcolumn, die op 5 juni 2014 werd gepubliceerd op De Ware Religie onder de titel “Kruisvaarder lijkt op Syriëganger? Mocht hij willen.”

De oorspronkelijke website van De Ware Religie verdween begin dit jaar, maar er bestaat nog een backup account waar ook een column valt te vinden die op 2 juni 2014 met toestemming werd overgenomen van het Facebook account van Abou Hafs.

El Bouch flirtte wel openlijk met de pro-jihad-beweging in Den Haag, maar hield tegelijkertijd een gepaste afstand. Die voorzichtigheid maakt het hem nu mogelijk om op te treden als pleitbezorger van “duurzaam islamitisch activisme”.

De nieuwe Abou Hafs manifesteerde zich in februari tijdens een debat aan de Universiteit van Amsterdam over het zeer informatieve onderzoek van Martijn “Kromzwaard” de Koning en andere onderzoekers naar het dawah-activisme van Sharia4Belgium, Sharia4Holland, Straat Dawah en Behind Bars, groepen die in de voorgaande jaren hebben gefungeerd als kweekvijver voor het jihadisme.

“We moeten streven naar een alternatieve vorm van activisme,” zei El Bouch. “Een activisme dat ook een bijdrage levert aan de samenleving. Een vreedzaam islamitisch activisme.” De militante associatie van de door De Koning beschreven groepen ondermijnde volgens El Bouch de duurzaamheid van islamitische organisaties.

El Bouch wilde af van het “spektakel-activisme,” de verzamelnaam van De Koning c.s voor de provocerende acties van Fouad Belkacem (“Abu Imran”, de leider van Slaria4Belgium) en de Haagse groep rond De Ware Religie. El Bouch: “Het spektakel-activisme leidt onnodig tot maatschappelijke spanningen, het leidt tot angst misschien onder een deel van de bevolking en inhoudelijk voegt het niet veel toe aan het activisme zelf.”

Voortschrijdend inzicht dus bij Abou Hafs. Weg van het militante jihadi salafisme, waar salafistische sheiks als Fawaz Jneid en Suhayb Salam al veel langer voor waarschuwden. Terug naar het politieke salafisme, dat veel meer geduld heeft bij het verspreiden van zijn totalitaire ideologie.

Het probleem voor de nieuwe Abou Hafs is dat de oude Abou Hafs hem nog behoorlijk in de weg zit. Zijn eigen “spektakel-activisme,” waaronder een uitgerekend op 4 mei georganiseerd symposium over de Palestijnse “Schaduw-Holocaust”, is nog niet vergeten. El Bouch schreef en vertolkte jihadistische nasheeds (islamitische liederen) en sprak in december 2013 tijdens een demonstratie in Den Haag, die uitliep op een manifestatie ten gunste van ISIS.

Een nog groter probleem is dat El Bouch dit niet toegeeft. In plaats daarvan ontkent hij zijn (vroegere) jihadistische sympathieën en geeft hij de schuld aan “journalisten die alleen maar berichten hebben overgenomen van hobbyblogger Carel Brendel en moslimhaatsite GeenStijl.”

Naar aanleiding van de ophef rond een aangekondigde lezing in Geleen had El Bouch een vraaggesprek met website MoslimVandaag. Over de islamitische nasheeds waarin hij de jihad aanprijst en het martelaarschap verheerlijkt zegt hij: “Het is een artistieke uiting. De liedjes heb ik meer dan tien jaar geleden geschreven. Ik word er nog steeds door achtervolgd. We zagen in die tijd beelden van Amerikaanse soldaten die Irak binnenvielen. Het was de tijdgeest. Nu is alles anders. Mensen die dat aanstootgevend vinden moeten het in de tijdgeest van tien jaar geleden zien.”

Januari 2014. "Abou Hafs" plaatst een jihadistische nasheed op zijn eigen YouTube-kanaal.

Januari 2014. “Abou Hafs” plaatst een jihadistische nasheed op zijn eigen YouTube-kanaal.

Als het zo naar is dat je wordt achtervolgd door tien jaar oude artistieke uitingen, dan is het niet zo slim om in januari 2014 de jihadistische nasheed “Je hebt overwonnen” te publiceren op het YouTube kanaal “Abou Hafs”. Daar benadrukte El Bouch juist de huidige tijdgeest door beelden van de jihad in Syrië als achtergrond te gebruiken. Nog minder slim was het om deze nasheed te plaatsen kort nadat hij zelf gastspreker was op een betoging waar deelnemers met de ISIS-vlag zwaaiden en spreekkoren aanhieven ten gunste van Osama bin Laden en ISIS-leider Abu Bakr al-Baghdadi.

Hierover zegt El Bouch tegen MoslimVandaag: “Het was een demonstratie voor de vrijlating van moslimgevangenen. Als Amnesty dat had georganiseerd was ik ook gegaan. In de media werd het neergezet als een pro-ISIS demonstratie. Dat wist ik pas later. Ik ben helemaal niet voor ISIS en ik daag iedereen uit om met een citaat te komen waaruit dat blijkt.”

Inderdaad, het was een demonstratie voor de vrijlating van gevangenen als Fouad Belkacem. Maar de betoging werd niet georganiseerd door Amnesty, maar door Onze Gevangenen, opgericht door de mensen achter De Ware Religie. El Bouch sprak er dus op uitnodiging van Azzedine C. of Oussama C., de inmiddels opgepakte leiders van de Haagse pro-jihadscene.

De ISIS-aanhanger “Souhman Azil” maakte er een video van, die nog altijd te vinden is op GeenStijl. De film begint met beelden bij de Belgische ambassade, waar al de nodige jihadvlaggen te zien zijn. Terwijl hoofdspreker Azzedine C. leuzen roept ten gunste van de Islamitische Staat houdt El Bouch een geel bord met de tekst “Eén staat” omhoog. Hij staat er nog steeds tijdens de toespraak van Oussama C. Het vlagvertoon en de leuzen vormden voor El Bouch geen aanleiding om later af te zien van zijn eigen toespraak bij de Marokkaanse ambassade. Kortom, El Bouch wist het niet “pas later”, maar wist het toen al als hij zijn ogen en oren had opengezet.

5 juni 2005. Abou Hafs ondertekent een bijdrage aan De Ware Religie als gastcolumnist.

5 juni 2005. Abou Hafs ondertekent een bijdrage aan De Ware Religie als gastcolumnist.

Tegen dagblad De Limburger bestreed El Bouch onlangs dat hij “jihadistische sympathieën” had. In juni 2014 sprak hij andere taal in zijn gastcolumn voor De Ware Religie. Daarin keerde hij zich tegen een in zijn ogen valse vergelijking tussen de Middeleeuwse kruisvaarders en de hedendaagse jihadisten. “De Syriëganger vertrok naar een land dat gedrenkt was in het bloed van onschuldige zielen. Een land waar een oorlog woedde die hij niet zelf had ontketend. Hij ging om de kansloze bevolking te helpen tegen een wrede tiran, niet alleen omdat fatsoenlijke mensen geen onrecht kunnen dulden, maar voornamelijk omdat hij een ideologie aanhangt waarin het helpen van zwakken en het bestrijden van onrecht een daad van vroomheid is.”

Alleen de beruchte Khalid K. kwam volgens El Bouch qua werkwijze in de buurt van de kruisvaarders. K. was volgens hem echter niet representatief en menig jihadsympathisant had afstand van hem genomen. El Bouch schreef dit drie weken na het uitbrengen van Salil al-Sawarim, een extreem gewelddadige ISIS propagandafilm vol gruweltypes als Khalid K.

Nog in augustus 2014 daagde Platform Bewust Moslim, de organisatie van El Bouch, imam Yassin Elforkani uit voor een wetenschappelijk debat. Elforkani had in 2013 als een van de eerste moslimleiders het afreizen naar Syrië door Nederlandse jihadisten duidelijk ontraden.

Bewust Moslim: “De welbekende Yassin Elforkani treedt regelmatig op in de media als spreekbuis voor de moslims. In deze hoedanigheid spreekt hij zich dan uit tegen moslims die deelnemen aan de Jihad in het buitenland en stelt hij dat ze handelen in strijd met de Islam. Tevens demoniseert hij regelmatig moslims die vinden dat Jihad een individuele plicht is en ontkent hij eveneens de geldigheid van Jihad in Gaza, Syrië en alle andere gebieden waar moslims etnisch gezuiverd worden. Deze uitspraken doet hij in de hoedanigheid van imam en als woordvoerder van Contactorgaan Moslims en Overheid (CMO). Dit doet de vraag rijzen of deze standpunten wel conform de Islam zijn. BewustMoslim gaat graag een wetenschappelijk debat met hem aan hierover en nodigt hem bij dezen uit. We zullen een neutraal podium voor dit debat bieden, om zodoende de toehoorders een zo eerlijk en goed mogelijk beeld te geven, waarbij waarheidsvinding centraal staat.”

Met andere woorden: Elforkani veroordeelde ten onrechte de jihad, en El Bouch wilde langs “wetenschappelijke” weg aantonen dat hij ongelijk had.

Acht maanden later neemt El Bouch afscheid van het spektakel-activisme, dat al jaren werd ontraden door Elforkani en anderen.

Natuurlijk mogen mensen van mening veranderen. Minder fraai is het verduisteren van vroegere meningen. Wat dat betreft kan El Bouch een voorbeeld nemen aan bekeerling Dennis Honing. Die zat tot over zijn oren in het jihadi salafisme. Hij schreef er samen met Nikki Sterkenburg een prima boek over, waarin hij zijn vroegere extremisme absoluut niet ontkent.

Het onderzoek van gemeente en politie in Geleen over het mogelijk weren van El Bouch vind ik overigens onzinnig. Abou Hafs is een Nederlands staatsburger die vrij is om te gaan, te staan en te spreken waar hij wil. Het is wel weer mijn vrijheid om vast te stellen dat de nieuwe Abou Hafs nogal slordig omgaat met het recente verleden van de oude Abou Hafs.